Statuten

Verenigingsstatuten
Word lidDoneer nu

Naam en zetel

Artikel 1

  1. De vereniging draagt de naam: Nederlandse Vereniging voor Dierenrecht (NVD) (Engelse naam: Dutch Association of Animal Rights Law)
  2. Zij heeft haar zetel in de gemeente Den Haag

Doel

Artikel 2

  1. Het doel van de vereniging:

Het bevorderen, stimuleren, samenbrengen, ontwikkelen en verspreiden van de algemene en wetenschappelijke kennis van het dierenrecht en de dierenrechtsfilosofie;
het verenigen van academici, praktijkbeoefenaars, studenten en andere juristen die zich interesseren voor het dierenrecht;
het bevorderen van de rechtspositie van niet-menselijke dieren en het met juridische instrumenten beschermen van niet-menselijke dieren;

en alle andere activiteiten die met het bovenstaande verband houden.

  1. Zij tracht dit doel onder meer te bereiken door:

het houden van kennisbevorderende bijeenkomsten voor leden;
het houden van kennisbevorderende publieke bijeenkomsten voor (leden en) niet-leden die zich interesseren voor het dierenrecht;
het ter beschikking stellen en verspreiden van kennis over het dierenrecht via verscheidene kanalen;
het stimuleren van en investeren in de ontwikkeling van de kennis over het dierenrecht;
het inzetten van juridische instrumenten om niet-menselijke dieren in al dan niet concrete situaties te beschermen.

en andere wettige middelen die de verwerkelijking van bovengenoemde doelen dichterbij kunnen brengen.

Boekjaar

Artikel 3

Het boekjaar van de vereniging is gelijk aan het kalenderjaar.

Lidmaatschap

Artikel 4

  1. De vereniging kent leden.
  2. Leden zijn zij die zich schriftelijk als lid bij het bestuur hebben aangemeld en door het bestuur als lid zijn toegelaten. Hiervan blijkt uit een door het bestuur afgegeven verklaring.
    Ingeval van niet-toelating door het bestuur kan de algemene ledenvergadering alsnog tot toelating besluiten.
  3. Het lidmaatschap is persoonlijk en kan niet worden overgedragen of door erfopvolging worden verkregen.

Artikel 5

  1. Het lidmaatschap eindigt:
    a. door de dood van het lid;
    b. door opzegging door het lid;
    c. door opzegging door de vereniging;
    d. door ontzetting.
  2. Opzegging van het lidmaatschap door het lid kan slechts geschieden tegen het einde van een boekjaar. Zij geschiedt schriftelijk aan het bestuur met inachtneming van een opzeggingstermijn van ten minste vier weken; op deze termijn is de Algemene termijnenwet niet van toepassing.
    Indien een opzegging niet tijdig heeft plaatsgevonden, loopt het lidmaatschap door tot het einde van het eerstvolgende boekjaar.
    Het lid kan echter zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen:
    a. indien redelijkerwijs van het lid niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren;
    b. binnen een maand nadat een besluit waarbij de rechten van de leden zijn beperkt of hun verplichtingen zijn verzwaard, aan een lid bekend is geworden of medegedeeld, tenzij het betreft een wijziging van de geldelijke rechten en verplichtingen;
    c. binnen een maand nadat een lid een besluit is meegedeeld tot omzetting van de vereniging in een andere rechtsvorm, tot fusie of tot splitsing.
  3. Opzegging van het lidmaatschap namens de vereniging kan tegen het einde van het lopende boekjaar door het bestuur worden gedaan:
    • wanneer een lid, na daartoe bij herhaling schriftelijk te zijn aangemaand, zes maanden vóór het einde van het lopende boekjaar niet volledig aan zijn geldelijke verplichtingen jegens de vereniging over het lopende boekjaar heeft voldaan;
    • wanneer het lid heeft opgehouden te voldoen aan de vereisten die op dat moment door de statuten voor het lidmaatschap worden gesteld.
      De opzeggingstermijn is ten minste vier weken; op deze termijn is de Algemene termijnenwet niet van toepassing. Indien een opzegging niet tijdig heeft plaatsgevonden, loopt het lidmaatschap door tot het einde van het eerstvolgende boekjaar. De opzegging kan evenwel onmiddellijke beëindiging van het lidmaatschap tot gevolg hebben, wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet kan worden gevergd het lidmaatschap te laten voortduren.
      De opzegging geschiedt steeds schriftelijk met opgave van de redenen.
  4. Ontzetting uit het lidmaatschap kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging handelt of wanneer het lid de vereniging op onredelijke wijze benadeelt; zulks ter beoordeling van het partijbestuur.
    Zij geschiedt door het bestuur, dat het lid zo spoedig mogelijk van het besluit in kennis stelt, met opgave van de redenen. Het betrokken lid is bevoegd binnen één maand na de ontvangst van de kennisgeving in beroep te gaan bij de algemene ledenvergadering. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst. Een geschorst lid heeft geen stemrecht.
  5. Wanneer het lidmaatschap in de loop van een boekjaar eindigt, blijft de jaarlijkse bijdrage voor het geheel door het lid verschuldigd, tenzij het bestuur anders beslist.
  6. De vereniging draagt er zorg voor dat leden de voor opzegging van het lidmaatschap noodzakelijke informatie eenvoudig kunnen raadplegen. De informatie wordt in ieder geval opvallend vermeld op de website.

Donateurs

Artikel 6

  1. De vereniging kan donaties ontvangen. Het bestuur is bevoegd het donateurschap door schriftelijke opzegging te beëindigen.
  2. Donateurs hebben het recht om de algemene ledenvergadering bij te wonen. Zij hebben daarin geen stemrecht, maar wel het recht om het woord te voeren.

Contributies

Artikel 7

Ieder lid is jaarlijks een contributie verschuldigd. De hoogte van de contributie wordt vastgesteld door de algemene ledenvergadering. Studenten betalen een door de algemene ledenvergadering vast te stellen lagere contributie.

Bestuur

Artikel 8

  1. Het bestuur bestaat uit ten minste drie en ten hoogste zeven natuurlijke personen, die uit hun midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester aanwijzen.
  2. De bestuursleden worden door de algemene ledenvergadering benoemd uit de leden van de vereniging. Het bestuur bestaat voor zover mogelijk uit tenminste één praktijkbeoefenaar, één academicus en één student rechtsgeleerdheid of iemand die ten hoogste een jaar voor de benoeming is afgestudeerd.
  3. In vergaderingen van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur heeft ieder bestuurslid één stem.
    Het bestuur kan besluiten dat het mogelijk is om via een elektronisch communicatiemiddel aan de vergadering deel te nemen, daarin het woord te voeren en het stemrecht uit te oefenen.
    Besluiten tijdens bestuursvergaderingen worden genomen bij volstrekte meerderheid van stemmen.
    Het besluit is slechts geldig indien bij het nemen daarvan ten minste de helft van de bestuursleden deelneemt aan de vergadering.
  4. Bestuursleden kunnen te allen tijde onder opgaaf van redenen door de algemene ledenvergadering worden geschorst en ontslagen. De algemene ledenvergadering besluit tot schorsing of ontslag met een meerderheid van twee/derde van de uitgebrachte stemmen.
  5. De schorsing eindigt wanneer de algemene ledenvergadering niet binnen drie maanden daarna tot ontslag heeft besloten. Het geschorste bestuurslid wordt in de gelegenheid gesteld zich in de algemene ledenvergadering te verantwoorden en kan zich daarbij door een raadsman doen bijstaan.
  6. Bestuursleden worden benoemd voor een periode van drie jaar. Onder een jaar wordt te dezen verstaan de periode tussen twee opeenvolgende jaarlijkse algemene ledenvergaderingen. Een aftredend bestuurslid is onmiddellijk herbenoembaar.
  7. Indien het aantal bestuursleden beneden het in lid 1 vermelde minimum is gedaald, blijft het bestuur niettemin bevoegd. Het bestuur is verplicht zo spoedig mogelijk een algemene ledenvergadering te beleggen, waarin de voorziening in de vacature(s) aan de orde komt.
  8. Op de vergaderingen en de besluitvorming van het bestuur is het bepaalde in de artikelen 11 tot en met 14 zoveel mogelijk van toepassing.

Artikel 9

  1. Het bestuur is belast met het besturen van de vereniging.
  2. Het bestuur is niet bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding of bezwaring van registergoederen en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt.

Artikel 10

  1. Het bestuur vertegenwoordigt de vereniging.
  2. De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt mede toe aan de voorzitter tezamen met de secretaris of de penningmeester, dan wel de secretaris tezamen met de penningmeester.
  3. Het bestuur kan volmacht verlenen aan één of meer bestuurders, alsook aan derden, om de vereniging binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen.
  4. In alle gevallen waarin de vereniging een tegenstrijdig belang heeft met een of meer bestuurders kan de algemene ledenvergadering een of meer personen aanwijzen om de vereniging te vertegenwoordigen.

Algemene ledenvergaderingen

Artikel 12

  1. Toegang tot de algemene ledenvergadering hebben de leden die niet geschorst zijn, de donateurs, alsmede degenen die daartoe door het bestuur en/of de algemene ledenvergadering zijn uitgenodigd.
    Een geschorst lid heeft toegang tot de vergadering waarin het besluit tot zijn schorsing wordt behandeld, en is bevoegd daarover dan het woord te voeren.
  2. Met uitzondering van een geschorst lid heeft ieder lid één stem in de algemene ledenvergadering.
    Een stemgerechtigd lid kan het stemrecht niet bij volmacht aan een ander
    verlenen.
  3. Een eenstemmig besluit van alle stemgerechtigde leden, ook al zijn zij niet in vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als een besluit van de algemene ledenvergadering. Dit besluit kan ook schriftelijk tot stand komen.
  4. De voorzitter van de vergadering bepaalt de wijze waarop de stemmingen in de algemene ledenvergadering worden gehouden.
  5. Alle besluiten waaromtrent bij de wet of bij deze statuten geen grotere meerderheid is voorgeschreven, worden genomen bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
    Bij staking van stemmen over zaken is het voorstel verworpen. Staken de stemmen bij verkiezing van personen, dan beslist het lot.
    Indien bij verkiezing tussen meer dan twee personen door niemand een volstrekte meerderheid is verkregen, wordt opnieuw gestemd tussen de twee personen die het grootste aantal stemmen kregen, zo nodig na tussenstemming.
  6. Het bestuur kan besluiten dat een lid bevoegd is om in persoon door middel van een elektronisch communicatiemiddel aan de ALV deel te nemen en eventueel daarin het woord te voeren en / of het stemrecht uit te oefenen. Het gebruik van het elektronische communicatiemiddel komt voor risico van het stemgerechtigde lid.
    Voor de toepassing van dit lid en het navolgende lid 7 is vereist dat de stemgerechtigde via het elektronisch communicatiemiddel kan worden geïdentificeerd, rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering en het stemrecht kan uitoefenen. Door het bestuur kunnen voorwaarden worden gesteld aan het gebruik van het elektronisch communicatiemiddel.
  7. Het bestuur kan besluiten dat een stemgerechtigde bevoegd is zijn stem reeds voorafgaand aan de ALV via een elektronisch communicatiemiddel uit te brengen. Tot het op deze wijze stem uitbrengen zijn slechts gerechtigd zij die op een bij de bijeenroeping van de ALV te vermelden tijdstip als stemgerechtigden in het ledenregister van de vereniging staan vermeld. Op deze wijze stemmen is slechts toegestaan nadat de ALV is bijeengeroepen, doch nooit eerder dan op de dertigste dag voor die van de vergadering en nooit later dan op de dag voor die van de vergadering. Het bestuur draagt zorg voor de registratie van deze stemmen en deelt de stemmen mee aan de voorzitter van de ALV. Een stemgerechtigde die op deze wijze stem heeft uitgebracht, kan zijn stem niet herroepen. Evenmin kan hij op de ALV opnieuw zijn stem uitbrengen. Indien het lid dat op deze wijze stem heeft uitgebracht ten tijde van de ALV niet langer lid van de vereniging is, wordt zijn stem niet geacht te zijn uitgebracht.

Artikel 13

  1. De algemene ledenvergaderingen worden geleid door de voorzitter of, bij diens afwezigheid, door een ander bestuurslid.
    Zijn geen bestuursleden aanwezig, dan voorziet de vergadering zelf in haar leiding.
  2. Het door de voorzitter van de vergadering ter algemene ledenvergadering uitgesproken oordeel omtrent de uitslag van een stemming is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voorzover werd gestemd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.
    Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het oordeel van de voorzitter van de vergadering de juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats indien de meerderheid van de vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
  3. Van het ter algemene ledenvergadering verhandelde worden notulen gehouden door de secretaris of door een door de voorzitter van de vergadering aangewezen persoon. Deze notulen worden in dezelfde of in de eerstvolgende algemene ledenvergadering vastgesteld en ten blijke daarvan door de voorzitter van de vergadering en de notulist ondertekend.

Artikel 14

  1. Jaarlijks wordt ten minste één algemene ledenvergadering gehouden en wel binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene ledenvergadering.
    In deze algemene ledenvergadering brengt het bestuur zijn jaarverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het legt de balans en de staat van baten en lasten met een toelichting ter goedkeuring aan de algemene ledenvergadering over. Deze stukken worden ondertekend door de bestuursleden; ontbreekt de ondertekening van een of meer hunner, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt.
    Na verloop van de termijn kan ieder lid in rechte vorderen van de gezamenlijke bestuurders dat zij deze verplichtingen nakomen.
  2. Wordt omtrent de getrouwheid van de stukken bedoeld in het vorige lid aan de algemene ledenvergadering niet overgelegd een verklaring afkomstig van een accountant als bedoeld in artikel 2:393 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek, dan benoemt de algemene ledenvergadering jaarlijks een kascommissie van ten minste twee leden die geen deel van het bestuur mogen uitmaken.
  3. Het bestuur is verplicht aan de kascommissie ten behoeve van haar onderzoek alle door haar gevraagde inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te tonen en inzage in de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de vereniging te geven.
  4. De kascommissie onderzoekt de in lid 1 en lid 3 bedoelde stukken.
  5. Vergt dit onderzoek naar het oordeel van de kascommissie bijzondere boekhoudkundige kennis, dan kan zij zich op kosten van de vereniging door een deskundige doen bijstaan. De kascommissie brengt aan de algemene ledenvergadering verslag van haar bevindingen uit.

Artikel 15

  1. Algemene ledenvergaderingen worden door het bestuur bijeengeroepen zo dikwijls het dit wenselijk oordeelt of daartoe op grond van de wet verplicht is.
  2. a. De oproep voor een ALV geschiedt door de voorzitter of de secretaris op een termijn van tenminste vier weken of, als het een meerdere dan de in het vorige lid genoemde twee ALV’s betreft, op een termijn van tenminste veertien dagen, de dag van de oproep en van de ALV niet meegerekend.
    b. De oproep bevat een aanduiding van plaats, datum en tijd van de ALV, alsmede het verzoek zich voor deelname te melden. Een opgave van de te behandelen onderwerpen kan op een later moment toegezonden worden, waarbij wordt gestreefd naar een termijn van niet langer dan veertien dagen voorafgaand aan de ALV. Als een van de te behandelen onderwerpen het wijzigen van de statuten betreft geldt een minimale kennisgevingstermijn van 7 dagen.
    c. Indien het bestuur heeft besloten voorwaarden te stellen aan het gebruik van het elektronisch communicatiemiddel, waarmee aan de ALV kan worden deelgenomen of van het stemrecht gebruik kan worden gemaakt, wordt dit bij de oproeping bekend gemaakt, onder vermelding van voorwaarden.
    d. De oproeping geschiedt schriftelijk (per post of per e-mail) aan de adressen van de leden volgens het ledenregister, hetzij als advertentie in een landelijk verspreid dagblad.
  3. Op schriftelijk verzoek van ten minste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van één/tiende gedeelte van de stemmen in de algemene ledenvergadering, is het bestuur verplicht tot het bijeenroepen van een algemene ledenvergadering, te houden binnen vier weken na indiening van het verzoek.
    Aan de eis van schriftelijkheid van het verzoek wordt ook voldaan indien het verzoek elektronisch is vastgelegd.
    Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot de bijeenroeping van de algemene ledenvergadering overgaan op de wijze als in lid 3 bepaald of door middel van een advertentie in ten minste één landelijk dagblad.
    De verzoekers kunnen alsdan anderen dan bestuursleden belasten met de leiding van de vergadering en het opstellen van de notulen.

Statutenwijziging

Artikel 16

  1. Wijziging van de statuten kan slechts plaatshebben door een besluit van de algemene ledenvergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld. De termijn voor oproeping tot een zodanige vergadering bedraagt ten minste zeven dagen.
  2. Zij, die de oproeping tot de algemene ledenvergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen voor de dag van de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgestelde wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na de afloop van de dag, waarop de vergadering werd gehouden.
  3. Tot wijziging van de statuten kan door de algemene ledenvergadering slechts worden besloten met een meerderheid van ten minste twee/derde van het aantal uitgebrachte stemmen.
  4. De statutenwijziging treedt eerst in werking nadat daarvan een notariële akte is opgemaakt. Ieder van de bestuursleden is bevoegd de akte van statutenwijziging te doen verlijden.
  5. Het bepaalde in de leden 1 en 2 is niet van toepassing, indien in de algemene ledenvergadering alle stemgerechtigden aanwezig of vertegenwoordigd zijn en het besluit tot statutenwijziging met algemene stemmen wordt genomen.
    Het bepaalde in artikel 12 lid 3 is van overeenkomstige toepassing.
  6. De bestuursleden zijn verplicht een authentiek afschrift van de akte van statutenwijziging en een volledige doorlopende tekst van de statuten, zoals deze na de wijziging luiden, neer te leggen ten kantore van het handelsregister.

Ontbinding en vereffening

Artikel 17

  1. Het bepaalde in artikel 16 leden 1, 2, 3 en 5 is van overeenkomstige toepassing op een besluit van de algemene ledenvergadering tot ontbinding van de vereniging.
  2. De algemene ledenvergadering stelt bij haar in het vorige lid bedoelde besluit de bestemming vast voor het batig saldo, en wel zoveel mogelijk in overeenstemming met het doel van de vereniging.
  3. De bestuurders worden vereffenaars van het vermogen van de ontbonden vereniging.
  4. Na de ontbinding blijft de vereniging voortbestaan voor zover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de statuten zoveel mogelijk van kracht.
    In stukken en aankondigingen die van de vereniging uitgaan, moeten aan haar naam worden toegevoegd de woorden “in liquidatie”.
  5. De vereffening eindigt op het tijdstip waarop geen aan de vereffenaars bekende baten meer aanwezig zijn.
  6. De boeken en bescheiden van de ontbonden vereniging moeten worden bewaard gedurende zeven jaren na afloop van de vereffening. Bewaarder is degene die door de vereffenaars als zodanig is aangewezen.

Reglementen

Artikel 18

  1. De algemene ledenvergadering kan een of meer reglementen vaststellen en wijzigen, waarin onderwerpen worden geregeld waarin door deze statuten niet of niet volledig wordt voorzien.
  2. Een reglement mag geen bepalingen bevatten die strijdig zijn met de wet of met deze statuten.
  3. Op besluiten tot vaststelling en tot wijziging van een reglement is het bepaalde in artikel 16 leden 1, 2 en 5 van overeenkomstige toepassing.

Slotbepaling

Artikel 19

Aan de algemene ledenvergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan andere organen zijn opgedragen.